Vrijwillig molenaar in opleiding Jan Nienhaus op de meelzolder. Foto: Rob Weeber
Vrijwillig molenaar in opleiding Jan Nienhaus op de meelzolder. Foto: Rob Weeber

Piepermolen in Rekken zoekt bediening

Algemeen

REKKEN - Hij, of voor sommigen ook wel zij, staat er die middag fier bij. De ronddraaiende wieken van de beltkorenmolen malen langzaam het tarwe, waarbij het vrijkomende stof de meelzolder af en toe van een grijzige wolk voorziet. Niet voor niets staan de deuren tegen elkaar open. Dat 'zij' trouwens slaat op het model van de stenen romp waarvan het eerste stuk cilindrisch gemetseld is en de rest conisch. Er zijn slechts 4 korenmolens in Nederland die eenzelfde vorm hebben. Verder is de kap niet rietgedekt, maar belegd met houten schaliën. Dergelijke bijzonderheden maken de molen tot een fraai en bijna uniek exemplaar.

Door Rob Weeber

De Piepermolen, zo genoemd naar de laatste actieve molenaar H.F.Pieper (1950-1965), dateert van 1796 toen J.S. van Hasz, met eegae A.Mellink, de eerste molenaar werd. Na hem kwamen nog zes molenaars, waarvan H.F. Pieper dus de laatste was. Tegenwoordig is de molen eigendom van de Stichting Eibergse Molens. De bezetting van de molen is krap. Ton Esman (1950) is op dit moment nog de enige gediplomeerde molenaar uit Eibergen op de Piepermolen. Daarnaast zijn er twee vrijwilligers in opleiding. Als zij straks hun diploma behaald hebben, mogen ook zij zich gediplomeerd molenaar noemen. Maar de gemiddelde leeftijd halen ze er niet mee omlaag. "Het is de tijdgeest", begint Esman. "Weinig jongeren interesseren zich nog voor het beroep van molenaar. Ik begon op mijn 18e als vrijwilliger. Toen waren er zo'n 200 vrijwilligers met een gemiddelde leeftijd van rond de 25 jaar. Maar het was ook de tijd van de flower power, van het verven van schapenwol en het zelf brood bakken. Binnen dat alternatieve sfeertje pasten de molens prima." Als lid van de historische kring weet hij ook mooi te vertellen over de historie van de molen. Voordat de molen werd gebouwd, werd het gebied bestuurd door de Heer van Borculo. Het leengoed Hof van Mallem bezat de watermolen die een zogenaamde dwangfunctie had. Alle boeren waren verplicht daar hun graan te laten malen. Pas toen in 1795 de Frans-Bataafse Republiek ontstond, werd het dwangverbod opgeheven en mocht iedereen vrij gebruik maken van water en wind.
De molen is in zeer redelijke staat, alhoewel het onderhoud nooit stilstaat. Na de bouw werd de molen in 1940 zwaar beschadigd door een storm en pas weer in 1970 gerestaureerd. Daarna volgden nog een opknapbeurt in 1994 en 2006. Het is nu een Rijksmonument dat niet meer weg te denken is uit het landschap. Maar om iedere zaterdagmiddag open te kunnen en te blijven malen, zijn er nieuwe vrijwilligers nodig, zo'n drie man. Onder auspiciën van het landelijk Gilde van Vrijwillige Molenaars wordt een tweejarige opleiding gegeven die opleidt tot gediplomeerd vrijwillig molenaar. Naast wat theorie is er veel aandacht voor de praktijk. De molenaar in opleiding moet alle seizoenen meemaken. Aan de orde komen vooral meteorologie en veiligheid in en om de molen. Daarnaast vormt het onderhoud aan een molen een vast onderdeel. De verschillende houten delen worden bijvoorbeeld met ongezouten varkensreuzel, bijenwas en raapolie gesmeerd. Gelukkig bestaat er 'Buitenradar', maar volgens Esman moet je ook altijd de lucht bestuderen.
Wie geïnteresseerd is in een zeer afwisselende vrijetijdsbesteding en zich wil bekwamen in dit oude beroepen, kan terecht bij de Stichting Eibergse Molens, secretaris Ton Esman. Telefoon: 0545-471994. De molen is voor het publiek geopend op zaterdagmiddag van 13.30 – 16.30 uur en op afspraak. Voor meer informatie kan men ook terecht op de site.


www.eibergsemolens.nl

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant