Afbeelding

Zwaleman | De groe(n)ten van ...

Algemeen

De groe(n)ten van ...

Stel u het volgende eens voor: u hebt in een advertentie een auto zien staan, die u wel wat lijkt. Leuk modelletje, kekke kleur, vijf deuren en wat u vooral makkelijk lijkt: Cruisecontrol en Park Assist. Nieuwprijs zestien mille op vijf euro na en dat past precies binnen uw budget. Dus u begeeft u naar de dealer, om dat ideale autootje aan te schaffen.
Helaas, van de garagehouder krijgt u te horen dat het gewenste voertuig niet geleverd kan worden. Maar troost u, hij heeft er nog wel eentje die er precies op lijkt. Zelfde model, zelfde kleur, ook vijf deuren. Alleen geen Cruisecontrol en Park Assist. En ja, dat moet ie er even bij zeggen: deze is zevenhonderd euro duurder.
Ik weet natuurlijk niet beste lezer, hoe u zou reageren. Van mezelf weet ik het wel. Mijn wijsvinger zou richting voorhoofd gaan. En mijn middelvinger waarschijnlijk omhoog. Meer betalen en minder krijgen? Ben je nou helemaal belatafeld?

En toch is dat iets wat heel veel mensen met enige regelmaat doen. Waarschijnlijk zonder het te beseffen. Daar kwam ik achter, toen ik vorige week bij mijn favoriete grootgrutter een potje rode kool wilde halen. (Even ter verduidelijking: die favoriet is Albert Heijn, maar het had voor hetzelfde geld Jumbo, Coop, Dirk of Nettorama kunnen zijn)
Nou lijkt de aanschaf van een potje rode kool misschien een fluitje van een cent, maar dat is het allerminst. Althans niet in een Nederlandse supermarkt. Want op het schap met groenteconserven stonden maar liefst zeventien verschillende potjes rode kool. Van zowel het huismerk als de zogenaamde a-merken en in tal van smaken. Dat wil zeggen: het was allemaal dezelfde, doodnormale rode kool, maar in menig potje was wat toegevoegd. Van stukjes appel of peer tot kaneel en weet ik veel wat nog meer.
De keuze is reuze, dacht ik terwijl ik daar stond te twijfelen. Welke zou ik nemen? De goedkoopste? Of een keer niet zo zuinig zijn en gaan voor de lekkerste?
Tenslotte viel mijn keuze op een potje rode kool met een bekende naam. Die zal ik nu niet verklappen, maar het ging om dat merk waarvoor vroeger Martine Bijl van die leuke reclamespotjes maakte. U weet wel: 'U moet de groe(n)ten van …. hebben.'
Niet vanwege die naam en ook niet vanwege de stukjes appel die er in zouden zitten (maar die ik later nauwelijks proefde!). Nee, ik besloot tot deze aankoop in een plotselinge opwelling van gezondheidsbewustzijn. Op het potje stond namelijk in paars-rode rodekoolkleur vermeld, dat er geen suiker en ook geen zout aan was toegevoegd.

Nou ben ik al heel lang van mening, dat we dankzij de voedingsindustrie onbewust en bovendien geheel en al onnodig veel teveel zout en suiker tot ons nemen. Elk initiatief om dat voedsel iets gezonder te maken juich ik dan ook toe. En ondersteun ik graag, door dan ook die producten in mijn winkelwagentje te leggen.
Maar ... de grote deceptie kwam later die middag, toen ik thuis de kassabon nog even nakeek. Wat bleek? Voor dat potje gezonde rode kool had ik 1,49 euro betaald. Terwijl een potje rode kool (met stukjes appel, maar vermoedelijk ook met extra zout en suiker) van het huismerk slechts 0,62 euro kost. Ik had dus 87 cent meer betaald voor iets dat er niet in zat. Ik weet het wel, een goede gezondheid is heel veel waard. Niet in geld uit te drukken.
Maar toch … Ja, toch voelde ik me een wel beetje besodemieterd.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant