De jongeren op hun laatste dag: ze zijn in afwachting van hun presentaties. Op de voorgrond buddy Monique Schleicher en deelneemster Jenay Topp. Foto: Miriam Szalata
De jongeren op hun laatste dag: ze zijn in afwachting van hun presentaties. Op de voorgrond buddy Monique Schleicher en deelneemster Jenay Topp. Foto: Miriam Szalata

Duitse en Nederlandse jongeren volgen stoomcursus ondernemen

Algemeen

ACHTERHOEK - Voor het tweede jaar is de Euregionale Business Jump gehouden. Zo'n dertien Achterhoekse en twee Duitse jongeren leerden in drie dagen tijd hoe ze een eigen onderneming kunnen starten.

Door Miriam Szalata

De Euregionale Business Jump is onderdeel van het grensoverschrijdende project 'Leren zonder Grenzen', waarin onder andere het Graafschap College participeert en waarin de samenwerking is gezocht met Duitse scholen. In dit project leren Nederlandse en Duitse jongeren in het grensgebied elkaar en elkaars cultuur kennen.

"Dit is heel erg leuk om te doen'', zegt Monique Schleicher die zelf ondernemer is in de loopbaancoaching en net als vorig jaar als een van de buddy's steun en toeverlaat is van de deelnemende jongeren. "Ze kwamen heel enthousiast binnen en zitten vol passie. Sommigen hadden nog geen idee wat ze willen, alleen dat ze ondernemer willen worden. Door te praten met een buddy, zijn ze op weg geholpen. Anderen wisten al wel wat ze wilden en zijn met de globale uitwerking van hun idee begonnen. In die paar dagen tijd heeft iedereen een plan kunnen maken.''
In de stoomcursus kregen de jongeren onder meer allerlei workshops voorgeschoteld. De driedaagse cursus werd afgesloten bij het CIVON Innovatiecentrum in Ulft. Alle deelnemers hielden een presentatie voor een jury en voor elkaar over het plan voor hun onderneming. Hoewel het echt gaat om een eerste stap, heeft Schleicher de jongeren in die dagen wel zien groeien. "Het is mooi als ze laten zien waarom ze zo warm lopen voor wat ze willen. Er is ergens een moment geweest, waardoor ze geraakt werden en waardoor ze nu hier zijn.''

Kleding
Dat geldt zeker voor de 17-jarige Jenay Topp uit Winterswijk, die een heel sociaal idee heeft. "Ik wil mijn steentje aan de maatschappij bijdragen'', vertelt ze. "Ik heb het best wel goed, met nieuwe kleren en schoenen en zo. Toen zag ik op tv het programma 'Effe geen cent te makken' en ben ik erg geschrokken. Het ging over een meisje met een moeder in de bijstand. Ze waren genoodzaakt naar de kledingbank te gaan. Die kleren zagen er niet best uit, afgedragen en oud. Het meisje werd ermee gepest. Dat zette me aan het denken.''
Ze besefte dat niet iedereen kleding kan kopen, ook niet van de goedkopere bedrijven op internet. "Ik heb nu een concept bedacht om heel goedkoop nieuwe kleding en accessoires te kunnen aanbieden aan mensen die het niet breed hebben. Ik heb een familielid dat veel naar het buitenland gaat, waar de kleding vaak goedkoper is dan hier. Hij neemt voor mij partijen mee. Die wil ik via e-commerce verkopen.''
Die kleding moet ook voor de mensen voor wie het bedoeld is, goedkoop blijven. Jenay heeft als doel dat na aftrek van geld voor haarzelf er zo'n 800 euro aan winst overblijft. "De helft daarvan wil ik gebruiken om nieuwe partijen te kopen en met de andere helft wil ik iets doen voor de kinderen, bijvoorbeeld een extraatje met kerst of een lidmaatschap van een sportclub.''

Agrarisch plan
De 19-jarige Ton te Veldhuis uit Halle-Heide presenteerde voor de jury een plan voor een bedrijf in agrarische dienstverlening. "Een oplossing bieden voor werkzaamheden waar een boer de kennis niet of minder van heeft'', zegt hij. Daarbij denkt bijvoorbeeld aan werkzaamheden als het bekappen van klauwen van koeien. Ook hulp bieden als een boer ziek is of met vakantie gaat, is een mogelijkheid.
Een passie voor dieren ligt onder zijn plan. "We hebben thuis zelf geen melkveebedrijf'', zegt Ton. "We hadden wel vroeger koeien en ook via een neef van mijn vader, waar we veel kwamen, kwam ik ermee in aanraking. Daardoor ben ik er een passie voor gaan ontwikkelen.'' Ton studeert aan het Zone College, waar hij een agrarische opleiding volgt. "Door stages bij melkveebedrijven en de lessen op school heb ik veel geleerd.'' Toen hij aan
Euregionale Business Jump begon had hij al wel een idee wat hij wilde. "Hier heb ik het plan uitgewerkt en me er verder in verdiept."

Projectleider Sabine Preuss kijkt tevreden terug op de Euregionale Business Jump. "We hebben een leuk team van deelnemers en buddy's'', zegt ze. "We hebben dit jaar vanaf het begin eraan gewerkt om er één team van te maken. Vorig jaar hadden we de Duitse en Nederlandse deelnemers met hun buddy's meer gesplitst. Ook hielden toen de Duitse deelnemers hun presentatie voor een Duitse jury en de Nederlandse deelnemers voor een Nederlandse jury. Nu hebben we dat anders aangepakt. Dit jaar is het gemengd. Iedereen loopt door elkaar en werkt samen.''

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant