Eric Moleman en Mariska Eppink voor het uitvaartcentrum in Groenlo. Foto: Erika Klein Kranenbarg/Mensenmensfotografie

Eric Moleman en Mariska Eppink voor het uitvaartcentrum in Groenlo. Foto: Erika Klein Kranenbarg/Mensenmensfotografie

Coronabeperkingen rond uitvaarten maken uitvaartondernemers en nabestaanden creatiever

Algemeen

Twee ‘Achterhoekse’ DELA-medewerkers aan het woord

Door Mark Ebbers

GROENLO/ACHTERHOEK - Zoals alles en iedereen, elke burger en elke organisatie, heeft ook de uitvaartbranche al meer dan een half jaar te maken met de grote impact van de coronacrisis. En in tegenstelling tot sommige andere sectoren kan de uitvaartwereld niet tijdelijk stilgelegd worden, want mensen komen te overlijden, in Nederland honderden per dag, aan corona of aan een ‘reguliere’ oorzaak. Wel gelden er ook in de uitvaartwereld strenge regels om de verspreiding van het coronavirus te beperken. Dat maakt een uitvaart in deze tijd anders. Geen arm op een schouder, geen omhelzing, minder gasten, maar er ontstaan ook nieuwe en creatieve vormen van afscheid nemen. Dat blijkt uit een gesprek met enkele regionale medewerkers van DELA, een van de grootste uitvaartorganisaties van Nederland.

Eric Moleman, regiomanager van de DELA voor Twente en de Achterhoek, blikt terug op het ook voor hem bijzondere jaar 2020 tot nu toe. “Ook wij schrokken toen het coronavirus in maart landelijk bleek toe te slaan. Het zwaartepunt lag toen in het zuiden, onze zuidelijke regio’s zijn toe bijgestaan door collega’s uit andere regio’s. Nu, in deze tweede golf is het ook onze regio die getroffen wordt.” Zijn benadering is onveranderd gebleven: “We blijven voorzichtig voor onze medewerkers, leden, hun nabestaanden en hun gasten op onze locaties.”
Tussen de twee golven lag de relatief milde zomerperiode. Mariska Eppink, uitvaartverzorger van DELA voor de Achterhoek: “Er mochten weer meer gasten komen, al was dat per locatie verschillend: kerk, uitvaartcentrum of crematorium. De ruimte in een gebouw bepaalde en bepaalt de maximale groepsgrootte, op basis van anderhalve meter afstand.”

Andere uitingen
Nu we in de tweede golf zitten, zijn de regels weer aangescherpt, maar die zijn minder streng als in de eerste periode in het voorjaar. “Weliswaar is de horeca nu weer gesloten, maar we kunnen wel koffie aanbieden in het uitvaartcentrum of het crematorium.”
Het belang van dat samenzitten na afloop ziet ze als zeer belangrijk: “Mensen kunnen hun verdriet met elkaar delen, ook al moeten ze de anderhalve meter afstand in acht nemen. Iedereen moet aan tafel blijven zitten, de directe familie van de overledene zit aan een eigen tafel.”
Eppink en haar collega’s zijn samen met de nabestaanden creatief in het bedenken van nieuwe vormen van afscheid: “We ontdekken dat er andere uitingen mogelijk zijn dan het standaard handen geven, bijvoorbeeld een namasté-groet. Ook zie je dat, nu het handen schudden achterwege blijft, er meer aandacht is voor oogcontact tijdens het persoonlijk condoleren.”
Moleman vult aan: “Als iemand vanuit de kerk begraven wordt is er momenteel geen condoleance met koffietafel na afloop mogelijk, want de horeca is gesloten, en het nazitten en condoleren moet in hetzelfde gebouw als waar de uitvaartdienst heeft plaatsgevonden.”

Meer mogelijkheden
Het voorbereiden van een uitvaart vergt voor uitvaartondernemers zoals de DELA en voor de nabestaanden in deze tijd nog meer aandacht dan anders. Moleman: “Wie komen er, hoeveel mensen? Ook in de periode tussen het overlijden en de uitvaart, zorgen we er bijvoorbeeld voor dat niet iedereen tegelijk op rouwbezoek komt thuis of in het uitvaartcentrum. De veiligheid van de nabestaanden, de bezoekers en onze medewerkers staat voorop.”
Eppink vertelt dat de situatie nu voor de uitvaarbranche beter is dan tijdens de eerste coronagolf: “Mensen zijn bekend met maatregelen en we hebben ook nieuwe mogelijkheden gekregen om mensen op andere manieren bij de uitvaart te betrekken. Zo zijn er livestreams van uitvaarten, zodat mensen thuis de uitvaart kunnen volgen. Ook verdelen we soms de groep over meerdere locaties, waarbij de tweede groep de uitvaart op het scherm kan volgen. Een ander voorbeeld is dat we, in plaats van een condoleanceregister om te tekenen, mensen nu vaak vooraf vragen een persoonlijk kaartje of cadeautje mee te nemen, dat ze na afloop in een mandje kunnen doen. Zo wordt er van tevoren nagedacht over wat te zeggen of te geven. Zoals gezegd zijn mensen ook zelf creatief. Zo zie je steeds vaker erehagen in de straat als de rouwauto vertrekt. Ook de drive-through is een mooi voorbeeld. Bij DELA noemen we dat de ‘rijdende groet’. Om voor een grotere groep toch een vorm van condoleren te bieden, is het onder andere bij ons uitvaartcentrum in Groenlo mogelijk om een rijdende laatste groet te brengen (drive-through condoleance). Genodigden kunnen dan in hun eigen auto langs de kist rijden om op die manier een laatste groet te brengen aan de overledene. Locaties die voldoende ruimte en doorstroommogelijkheden voor auto’s hebben, zijn hiervoor geschikt. Iemands uitvaartverzorger kan hier meer over vertellen. Ook worden er persoonlijke boodschappen ingesproken door mensen die niet persoonlijk aanwezig kunnen zijn op de uitvaart. Filmpjes met die woorden worden dan tijdens de bijeenkomst afgespeeld.”
Moleman: “We hebben ook zelf aan ons aanbod verschillende producten en diensten toegevoegd, bijvoorbeeld ‘Lieve, …’-kaartjes, waarop mensen hun gedachten kwijtkunnen. Verbinding is zo belangrijk, in welke vorm dan ook, goede gesprekken voeren met nabestaanden.”
Eppink haakt daarop in: “Ook is er ook de mogelijkheid om online herinneringen te delen, we zien dat daar in deze tijd veel gebruik van wordt gemaakt. Zie daarvoor de site delen.dela.nl/informatie.”

Ervaring en samenwerking
Moleman spreekt zijn waardering uit voor hoe er met de uitdagingen wordt omgegaan: “Mensen, met name ook mijn eigen collega’s, hebben veerkracht en creativiteit. Van iedere uitvaart kunnen we zo ook nu een waardige uitvaart maken. En maatwerk leveren, want elke situatie is anders.”
En ze proberen of het nog beter kan. Moleman: “We willen de nabestaanden er nog meer bij betrekken. Dat doen we onder andere met de uitvaartplanner, zodat nabestaanden online de uitvaart samen voor kunnen bereiden. Het voordeel daarvan is dat deze overal en altijd gedeeld kan worden. Het hele gezin kan meedoen, ongeacht waar de gezinsleden zich bevinden.”
Als grote organisatie heeft DELA veel ervaring opgedaan tijdens de eerste coronagolf: “In het zuiden hebben we te maken gehad met brandhaarden waar dit voorjaar het aantal overledenen enorm opliep. In verschillende plaatsen hadden we het dubbele aantal overledenen en in sommige zelfs het vierdubbele. Ook wij hebben toen onze collega’s in het zuiden geholpen. Daarnaast werken we goed samen met andere organisaties. In bijvoorbeeld Groenlo hebben we een eigen uitvaartcentrum, maar in andere plaatsen maken we gebruik van de locaties van anderen.”
Ook in deze tijd verliezen nog altijd meer mensen hun dierbare aan iets anders dan corona, maar ook de nabestaanden van niet-corona-overledenen hebben te maken met de coronamaatregelen. Maar de nagestreefde dienstverlening van DELA is gelijk. “Gelukkig hebben we eigenlijk geen concessies hoeven doen en zorgen we er samen met de nabestaanden voor dat ieder afscheid waardig is”, concludeert Moleman.
Met als laatste toevoeging: "Mensen hebben soms het idee dat ze alleen bij ons terecht kunnen als hun overleden dierbare lid is van DELA. Dat is niet zo. We regelen de uitvaart voor iedereen."

Informatie
Meer informatie over uitvaarten en de coronaregels is te vinden op:
www.dela.nl/over-dela/nieuws-en-media/20200420-uitvaarten-tijdens-de-coronatijd-aanpassingen-en-extra-diensten.
Meer informatie over het uitvaartcentrum van DELA in Groenlo is te vinden op: www.dela.nl/uitvaartlocaties/uitvaartcentrum-ventura-groenlo.

Eric Moleman, regiomanager Twente en Achterhoek. Foto: Erika Klein Kranenbarg/Mensenmensfotografie
Mariska Eppink, uitvaartverzorger Achterhoek. Foto: Erika Klein Kranenbarg/Mensenmensfotografie

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant