Jan Kok. Foto: familie Kok

Jan Kok. Foto: familie Kok

Familie Kok

‘Jan was recht door zee, dacht zwart-wit; grijs kende hij niet’

Maatschappij

In Memoriam Jan Kok

BELTRUM - “D’r is in Beltrum völle gebeurd wat zonder Jan nooit gebeurd was.” Zomaar een opmerking aan de koffietafel, afgelopen zaterdagmiddag, in crematorium Hart van Berkelland, na de besloten afscheidsdienst van Jan Kok (86), en voorafgegaan door de uitvaartdienst in de Onze Lieve Vrouw ten Hemelopnemingkerk te Beltrum. Jan Kok overleed zondag 18 september in de Hassinkhof, in zijn eigen Beltrum. 

De gemaakte opmerking was ook weer niet zomaar een opmerking. Zeker niet. Jan Kok was Beltrum. De markante Beltrummer zette zich met ziel en zaligheid in om zaken te behouden voor het Beltrumse nageslacht, zoals lukte met een deel van de schoorsteen van de voormalige zuivelfabriek van Beltrum. Sinds 2013 sierde het stukje dierbare Beltrumse historie zijn voortuin aan de Hofstraat. Jan redde het laatste stukje overblijfsel van de steenvergruizer. Toen Jan zijn huurwoning aan de Hofstraat moest verlaten vanwege gezondheidsredenen en per 1 mei 2021 woonachtig was in een TOP-kamer in de Hassinkhof, diende het stuk schoorsteen uit zijn tuin te verdwijnen. Dat ging de Beltrummer aan het hart. In een mum van tijd werd een ‘reddingsoperatie’ in gang gezet door met hem begane Beltrummers, met als resultaat dat het stukje schoorsteen nu staat op enkele tientallen meters vanaf de plek waar het ooit eerder stond, op D’n Bond, inmiddels een fraai stukje nieuw Beltrum. Jan was er blij mee, zo vertelde hij in deze krant, december 2021. Ook over zijn ziekte en zijn verhuizing naar de Hassinkhof, waarover hij op zijn Jans vertelde: “Ik heb de verkeerde zeekte en ’t geet ok neet meer oaver, moar zo’n spul is dat neet. Ie könt toch neet alzeleaven vedan knooien. Genieten mo’j a’j jong bunt, neet a’j 65 bunt ewest. Ik kan hier good wèhn, al ha’k toch leever nog doar ezetten.”

Naast zijn reeds in 1999 overleden vrouw en grote liefde Agnes, was Beltrum zijn tweede grote liefde. Was Jan in zijn werkzame leven timmerman, Jan zette zich op maatschappelijk en sociaal terrein op meerdere terreinen in voor ‘zijn’ Beltrum. Naast elftalleider bij de voetbaltak van Vios Beltrum was Jan actief voor revuegezelschap de Flamingo’s en was hij Prins Jan bij carnavalsvereniging de Belhamels in 1976. Met Adjudant Bennie Starte zwaaide Jan een jaar lang de scepter over carnavalesk Beltrum. Zijn grootste passie kwam pas op latere leeftijd volledig tot ontplooiing, de historie van Beltrum en nabije omgeving, en het behouden en bewaren hiervan.

Jan schreef meerdere boeken over Beltrum, in samenwerking met anderen, vanuit de Historische Werkgroep Beltrum. Een boek over zijn geboortegrond, ‘Auste’ (Avest), is nog in de maak. “In de afrondende fase, maar nog niet geheel klaar,” vertelt Stef Smit na afloop van de indrukwekkende dienst, waarin hij ook nog een herdenkingswoord sprak. Samen zetten ze zich onlangs nog in voor een stukje eerherstel van gesneuvelde Beltrummers in de Tweede Wereldoorlog, eind augustus nog in deze krant. Hij vertelde er nog over zijn historische nalatenschap, dat nog niet eerder verscheen. “Ik heb nog 36 beukskes stoan, vol met Beltrumse geschiedenis. Zelf eschreven. Ze stoat bi-j Stan. Ik heb d’r gin ruumte meer veur.” Neef Stan digitaliseerde het werk. “Hier gaan we zeker nog iets mee doen,” liet Stan toen al weten.

Stef Smit typeerde Jan in zijn woordje zoals iedereen hem kende. “Jan was recht door zee, dacht zwart-wit. Grijs kende hij niet. Je wist altijd direct wat je aan hem had.” De vergelijking met de durianvrucht gaat hier wel enigszins op. ‘Vrucht met stekelige schil. De inhoud van de vrucht heeft een puddingachtige substantie en smaakt krachtig en scherp, maar tegelijkertijd ook zoet en romig.’ 

Jan was een autoriteit op het gebied Beltrumse historie, al was hij hier zelf zeer bescheiden over. Jan heeft vele bezoekjes gebracht aan de archieven van de voormalige gemeente Eibergen, Doetinchem en Arnhem. Het leverde veel, door zijn inzet vastgelegde, historische informatie op die anders mogelijk nooit het Beltrumse daglicht had gezien. De historie van Beltrum was zijn leven. De parate informatie die Jan verstrekte klopte altijd, tot in detail. Hij kon putten uit een rijk eigen archief dat hij op zijn eigen manier archiveerde. Jan is door de jaren heen een grote vraagbaak geworden, voor velen, zo ook voor de Historische Kring Eibergen, waar regelmatig bijdragen van Jan in ‘Old ni-js’, de kroniek voor Eibergen, Beltrum en Rekken, stonden en ook begin 2023 nog zal staan.

Tijdens de koffietafel eenieder met zijn eigen herinneringen aan Jan, en alle met de dezelfde insteek. ‘Jan was altijd heel duidelijk, heel eerlijk, maar de goedheid zelve. We gaan hem nog heel erg missen.’ In 2019 kreeg Jan een lintje van de Koning, vanwege al zijn verdiensten. Stef Smit hierover: “Met een smoes werd hij door zijn steun en toeverlaat Ria naar het gemeentehuis in Borculo gelokt en verschoot hij van kleur toen niet degene waarvan hij in de veronderstelling was dat die een lintje zou krijgen, naar voren werd geroepen, maar Jan zelf. Het hoefde niet van Jan, maar stiekem was hij er wel trots op.”

Jan Kok en de historie van Beltrum, ze zijn nu voor altijd één!

Jan Kok bij de restanten van de voormalige zuivelfabriek. Archieffoto: familie Kok

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant