De Hambroekplas. Foto: Rob Stevens
De Hambroekplas. Foto: Rob Stevens

Stank als odeur

BERKELLAND - Vorig jaar juni werd met steun van D66, Gemeentebelangen, GroenLinks en de PvdA een motie aangenomen om het geurbeleid van de gemeente te herijken, om zo te komen tot het terugdringen van de hoeveelheid stankoverlast. Een thema dat ook in de verkiezingen een belangrijk punt van profilering was. Centraal bij het geurbeleid staat de hoeveelheid toegestane stank voor de omgeving. In beleidstermen heeft men het dan heel chique over 'odeur'. Odeur, als bijproduct van intensieve veehouderij, heeft volgens de indieners van de motie een nadelige invloed op de gezondheid. Met de in Berkelland gehanteerde norm zou Berkelland landelijk in negatieve zin een 'koppositie' innemen.

Door Rob Stevens

Het college heeft de omgevingsdienst Zuidoost-Brabant onderzoek laten uitvoeren om de Berkellandse geursituatie in kaart te brengen. Uit het onderzoek blijkt volgens wethouder Marijke van Haaren (CDA) dat de woon- en leef kwaliteit in Berkeland over het algemeen zeer goed tot redelijk is. Er zijn volgens haar ook relatief weinig klachten geweest over stankoverlast. De enige uitzondering is Beltrum waar van een relatief hoge geurbelasting sprake is. Maar wel binnen de gestelde normen.
Het college trekt uit de onderzoeksresultaten de conclusie dat er geen aanleiding is het huidige geurbeleid aan te passen. Ook als agrarische bedrijven gebruik zouden maken van hun recht uit te breiden, zou het woon- en leefklimaat nog niet de gestelde normen overschrijden. Marijke van Haaren: "Volgens ons is er dan ook geen reden het beleid aan te passen. Ander beleid zou alleen gelden voor nieuwe bedrijven, op de bedrijfsvoering van bestaande bedrijven heeft dat geen invloed. De gemeente heeft de ruimte normen vast te stellen of aan te passen op basis van een ruimtelijke onderbouwing, bijvoorbeeld de aanwezigheid van een recreatiegebied. Het gaat alleen om de overlast rond bedrijven, het uitrijden van mest valt daar niet onder. Je kunt bedrijven niet zo maar beperken in hun rechten. En stengere regels zouden ook voor andere dan agrarische bedrijven gelden, die beperk je dan ook in hun bedrijfsvoering. Voor nieuwe regelgeving moet je heel goede redenen hebben."
Het gaat in de discussie om de belangen van agrarische belangen enerzijds en de kwaliteit van de leefomgeving anderzijds. De verschillende partijen begeven zich rond de beide polen. GroenLinks bijvoorbeeld wil aanscherping van het geurbeleid en ziet meer toekomst in een wezenlijk andere bedrijfsvoering in de agrarische sector. Kleinschaliger. In de betreffende motie vroeg de raad het college met een voorstel te komen. Opvallend is dat Gemeentebelangen en D66 destijds als collegepartijen voor de motie stemden. D66 maakt geen deel meer uit van het college. De tijden en verhoudingen zijn nu veranderd. Dit college stelt voor door te gaan op de oude voet. Het is nu afwachten hoe de raad op de interpretatie van dit onderzoek reageert. Om de vinger aan de pols te houden wordt het onderzoek in 2021 herhaald.