Flexibeler regels rond woonmogelijkheden

Eerst bestaande situatie in kaart brengen

ERKELLAND - De gemeente Berkelland wil de regels rond de woonmogelijkheden flexibeler maken.

Door Rob Stevens

Een van de gemeentelijke uitdagingen is de leefbaarheid van het buitengebied op peil te houden. Er zijn een aantal bedreigende ontwikkelingen. De bevolking vergrijst en het percentage jongeren neemt af. Het aantal agrarische ondernemingen wordt minder. Bedrijven worden steeds groter en opvolging is niet altijd voorhanden. Het gaat soms om heel karakteristieke panden met veel historie. Hoe houdt je dat gebied aantrekkelijk voor gevestigden en nieuwkomers?

Een van de mogelijkheden dat te bewerkstelligen is mogelijkheden te scheppen een pand ook te gebruiken voor dubbele bewoning of zelfs woningsplitsing. Nu zijn die mogelijkheden nog beperkt. Van oudsher komt inwoning in de regio al veel voor, bijvoorbeeld ouders die inwonen bij hun kinderen. Er is dan één woning en één huishouden. Bij dubbele bewoning zijn er meer huishoudens in één gebouw die wel onderling verbonden zijn maar die toch elk een eigen huisnummer hebben. Bij woningsplitsing is er geen onderlinge verbinding en is sprake van afzonderlijke huishoudens met eigen huisnummers. Alleen in het laatste geval is er ook planologisch sprake van twee of meer woningen.

De gemeente wil de woonmogelijkheden flexibiliseren. Nu zijn die nog beperkt. Daarvoor is een goed beeld nodig van hoe nu precies gewoond wordt in het buitengebied. Daarom worden nu eerst bestaande situaties van dubbele bewoning in beeld gebracht en de precieze voorwaarden voor woningsplitsing verder uitgewerkt. Om helderheid te scheppen. Waar wordt nu precies hoe gewoond? Voor de gemeente is dat van belang omdat er, in verband met regionale afspraken, niet lukraak woningen aan het woning-contingent mogen worden toegevoegd. En is de situatie wel altijd legaal? Dat weet men soms niet eens. Voor eigenaren kan dat van belang zijn omdat wat voor het gevoel één woning is, planologisch twee woningen kunnen blijken te zijn. Bij verkoop en waardebepaling kan dat lastig zijn. Een 'dubbel bewoonde' woning is moeilijker verkoopbaar. Maar ook de financiering van verbouwingen van woning en bijgebouwen blijkt in dat soort gevallen lastig(er).

Daarom wil het college nu helderheid en eenduidigheid verschaffen. Eerst wordt daartoe de bestaande situatie in het buitengebied in kaart gebracht. Waar is nu precies sprake van inwoning, dubbele bewoning of woningsplitsing. Daar zijn achthonderd gebouwen bij betrokken. Als dat is gebeurd, wordt uitgewerkt onder welk voorwaarden wordt meegewerkt aan woningsplitsing. In het collegeprogramma was namelijk opgenomen dat woningsplitsing in het buitengebied onder voorwaarden weer mogelijk wordt. Daarbij wordt ook betrokken wat dat betekent voor het woningbouwprogramma. Als alles volgens plan verloopt worden de uitkomsten begin volgend jaar met het college en de raad besproken, waarna er medio volgend jaar besluiten kunnen worden genomen en deze ook worden vertaald naar het bestemmingsplan.